Maarten Vangramberen en zijn passie voor Italië..
VRT sportanker en sportjournalist Maarten Vangramberen is al sinds zijn studententijd in de ban van Italië. Zijn passie, sportjournalistiek, bracht hem doorheen Italië en ook met het gezin geniet hij volop van vakanties in “bella Italia”.
Maarten, als student ging je aandacht al naar Italië en de taal ?
Ja, vooral naar de taal. Ik wilde heel erg graag wielerjournalist worden en Italiaans was toen dé voertaal in het peleton. Ik heb het drie jaar gevolgd: als student en daarna tijdens mijn eerste job bij de regionale TV.
Welke regio’s bezocht je al in Italië ?
Toscane, Le Marche, Emilia-Romagna en Sicilië. Ook natuurlijk verschillende steden zoals Milaan, Bologna, Firenze, Rome..
Je bent een fervent loper, trek je de loopschoenen aan tijdens je reizen ?
Ja. Ik loop altijd en elke dag. Zo ruik en voel je de plek waar je verblijft. Meestal zoek ik een rivier of wat water op. Lopen langs de Arno in Firenze was een fantastische ervaring voor me.
Le Marche wordt minder bezocht dan Toscane en Umbrië, onterecht ?
Oh ja. Ik begrijp dat niet zo goed. Ik vond het landschap met al die adelaarsnesten, al die dorpjes bovenop de heuveltoppen adembenemend. Het was er heel authentiek. Nauwelijks toeristen, behalve de Italianen zelf. Het échte Italië, ik hou niet zo van drukke plekken.
Welke plaatsen zou je onze lezers willen aanraden bij een trip naar Sicilië ?
Wij verbleven een week aan de voet van de Etna, heel fascinerend, maar ook wel heel veel vuil langs de kant van de weg. Het zuiden was netter. Ragusa, Modica, Siracusa waren heerlijke plekken. Ik heb er bijna elke dag verse “spaghetti vongole” gegeten.
Je komt als sportjournalist vaak in Italië, heb je dan de tijd om ter plaatse te genieten van de culinaire geneugten ?
Tijd om het één en ander te bezoeken is er nauwelijks. Eten en drinken gelukkig wel. Onlangs was ik in Imola in de buurt van Bologna voor het WK Wielrennen. Het viel me toch weer op dat de Italiaanse keuken de allerbeste ter wereld is.
Heb je een voorkeur inzake Italiaanse wijnen? Een aanrader ?
Uiteraard de grote kanonnen: Barolo, Brunello di Montalcino en Amarone. Maar betaalbaarder en ook heel lekker: Barbera d’Asti of Barbera d’Alba. Toegankelijk, altijd lekker, zijn die met de druiven primitivo en negro amaro.
Je bent een wielerliefhebber, hoe staat het Italiaanse wielrennen er voor ?
Toen ik in het wielrennen terechtkwam, 20 jaar geleden, was Italië de norm. Maar vandaag zijn er nauwelijks nog Italiaanse topploegen en al zeker geen Italiaanse toprenners. De oude Nibali, die niet graag gezien is in het peloton, is de laatste grote kampioen.
Italië ademt voetbal, hoe beleef jij de Serie A ? Heb je een favoriete ploeg ? Zit het Italiaanse voetbal weer in de lift?
Het Italiaanse voetbal is op de weg terug, al zijn de meeste stadia erg verouderd. Ik was als kind grote fan van Milan. Ik was dolgelukkig toen ik het truitje kreeg voor mijn verjaardag in het tweede middelbaar. Het blijft het allermooiste truitje, ik bezocht ook San Siro, hun mythische stadion. Ik was zelf een verdediger en mijn grote held was Paolo Maldini. 25 seizoenen bij Ac Milan en 25 trofees gewonnen !
Heb je nog een droom die je wil realiseren in Italië?
Ja, ik zou heel graag eens met vakantie gaan in de Dolomieten, daar ben ik nog nooit geweest. Rondtrekken met mijn vader die 70 is geworden, dat heb ik hem beloofd.